2016, nee toch!

Het is weer zover. Weer zo’n jaar met die 6 erin. Voor mij zijn dat de jaren waarin ik overstap naar een nieuw tiental. En telkens weer heb ik daar moeite mee.

Mijn vooroordelen:
Toen ik 20 werd, viel dat nog mee. De onbezorgdheid zou plaats moeten maken voor iets meer zelfverantwoordelijkheid maar dat zou ik wel overleven!
Maar 30? Het angstbeeld van huisje, boompje, beestje (lees: kindje) was groot. De dertigers stonden voor mij symbool voor het definitieve afscheid van de onbeperkte mogelijkheden in je leven.
En toen kwam 40….Je eerste helft zat erop. De lichamelijke aftakeling zette zich in en langzaam maar zeker zou je erachter komen dat je niet langer jong bent.
Met 50 kwamen woorden als middelbare leeftijd en ‘oudere’ in beeld. Het grote werk leek gedaan en de tijd van oogsten en terugblikken was daar. Voor de andere sekse lijk je alleen nog maar in beeld als knuffelbeer of als wijze gesprekspartner…..
En nu dan 60….Van het idee al krijg ik kippenvel. In je zestiger jaren komt je pensioen ( bleh!!) in beeld. Definitief zet je lichaam de eindspurt in met alle lichamelijke ongemakken van dien en misschien wel de medische molens als gevolg. Wellicht kom je niet verder dan deze jaren…….

Kriegelig word ik als mensen zeggen dat ouder worden ook iets moois heeft. Wat mij betreft is er weinig moois aan. Ik accepteer het maar daar houdt het ook mee op. De aftakeling, het verlies van kracht, gehoor, gezondheid hoort bij het leven en dat is okay. Maar het leven begint bij 60? Klinkt leuk maar voelt voor mij anders!

IMG_0121

Het merkwaardige is wel dat het natuurlijk alleen om abstracte cijfers gaat. Mijn geest, mind, hoofd heeft mijn leeftijd nog niet erkend. Daarin huist nog steeds die puber van 17 die denkt dat zijn leven nog open ligt en waarvoor de wereld nog één groot raadsel en interessante ontdekkingsreis is.
Echter, als die jongeman ’s ochtends het dekbed wegslaat en met grote schwung uit zijn bed springt, is er een lichaam dat zegt: 1956!!
En de puber grijpt zich snel vast aan de bedrand, strompelt naar de badkamer en kijkt daar naar zijn opa in de spiegel…..
Die twee levens blijf ik een merkwaardig fenomeen vinden. Die geest, die mind die maar niet ouder wil worden en dat lichaam dat maar niet jong blijft.
Na al die jaren heb ik me er bij neergelegd. Die twee waren ooit samen één maar dat is alweer zo’n 40 jaar geleden. De spiegel in de badkamer herinnert me daar elke dag aan.

Mijn ik van 17 zal altijd moeite hebben met de leeftijd van het gebouw waar hij in leeft. Hij zal telkens de klok willen stoppen. Ik vrees dat mijn 17 niet ouder wil worden.
Op het moment dat mijn lichaam ermee stopt, zal de puber van 17 zich tekort voelen gedaan. Hij wilde nog zoveel en hij zal nog meer tijd wensen. Er is nog zoveel te doen!

Maar voor nu wenst mijn 17 jou een fantastisch jaar met veel nieuwe mogelijkheden en alle kansen die er weer liggen! Mijn gebouw wenst je een jaar dat iets langzamer verloopt want voor je het weet, zitten we weer aan de oliebollen!