10-minuten gesprekken of monologen…..

In de tijd dat ik zelf voor de klas stond, vond ik niets vervelender dan de 10-minutengesprekken met ouders. Op het laatste gesprek na dan want dat was altijd langer dan 10 minuten!

Gelukkig bleek ik niet de enige met deze aversie. Meer collega’s vonden het lastig om in 10 minuten een goed contact met ouders te leggen, iets te vertellen over hun kind en de prestaties, te informeren naar hun beleving als ouders en het gesprek weer fatsoenlijk af te sluiten.

Toen ik destijds zelf directeur werd, ben ik met het team gaan kijken hoe we dit anders konden aanpakken. Eerst de feiten:

  • 3 rapporten per jaar is 3 keer 10 minuten per kind is 30 minuten per jaar
  • rapport in orde maken 3 keer 20 minuten (20 minuten per kind per rapport) is 60 minuten per jaar
  • tijdsinvestering per leerling per jaar totaal was dus 1,5 uur.

Nadelen van dit systeem:

  • Rapport 1 wordt soms erg ‘vroeg’ ervaren
  • CITO-resultaten van januari werden pas bij rapport 2 met ouders besproken
  • 10-minuten gesprekken bleken vaak 10-minuten monologen
  • Bij rapport 3 bleek de ouderbetrokkenheid ernstig afgenomen

Voordeel

  • Gewoonte

Wat we wilden, was: een beter contact met ouders, meer ouderbetrokkenheid, informatie van ouders gebruiken, actuele CITO-gegevens met ouders delen, niet veel meer tijd investeren.

We hebben besloten om over te gaan naar 2 rapporten per jaar. Halverwege het jaar, direct na de CITO middentoetsen en aan het eind van het jaar. De tijdwinst die dit opleverde, werd in het oudercontact geïnvesteerd. Wat we wilden, hebben we bereikt.

In mijn latere werkzaamheden ben ik vaak op scholen geweest die deze stap ook gezet hebben of wilden gaan zetten. Toevallig werd me onlangs weer gevraagd om nog eens te schetsen hoe zo’n cyclus er dan uit zou kunnen zien.

Hoe zou het kunnen?

Na zo’n 6 tot 8 weken vindt er een oudergesprek plaats. Doel van het gesprek is onderwijsbehoeften van het kind checken en ouderbetrokkenheid (partners) vergroten. Dit gesprek duurt 15 minuten en de leerkracht vraagt en de ouders vertellen. De leerkracht wil namelijk de onderwijsbehoeften van een kind goed in beeld hebben. Van de vorige leerkracht is een en ander vernomen, er is nu eigen ervaring van ruim een maand. De vraag is dus nu: hoe ervaart het kind (en ouder) het op dit moment? Om deze reden zijn er ook scholen die dit gesprek met kind, ouder en leerkracht voeren.
Soms is het handig om ouders vooraf een lijstje met vragen te sturen zodat ze weten wat ze kunnen verwachten. Je kunt zo’n lijstje als team samenstellen. Indien je een voorbeeld wenst, kun je mij een mailtje sturen. Na afloop van het gesprek kun je met ouders/kind bespreken wat dus de onderwijsbehoeften van het kind is.
De ervaring leert dat zo’n gesprek in het begin voor veel ouders en leerkrachten lastig is. Leerkrachten zijn gewend om te vertellen hoe het met een kind op school gaat en ouders verwachten dat ook! We zien dat leerkrachten er betrekkelijk snel aan wennen en het grote voordeel ervan ervaren. Nieuwe ouders komen echter met hun ‘oude’ beelden naar school. Volhouden dus!

Halverwege het jaar, ergens begin februari, is er een gesprek met als doel het bespreken van het eerste rapport, het proces in de klas en de relatie tot de CITO-gegevens. In het gesprek van 15 minuten komt aan de orde hoe het kind het doet vergeleken met het landelijk gemiddelde en leerkrachten kunnen aangeven hoe zij tegen de ontwikkeling van het kind aankijken.
Uiteraard kunnen deze twee gegevens tegenstrijdig lijken maar juist in dit gesprek kan dit aan de orde komen. School en ouders kunnen dan samen bespreken hoe ze daar in de toekomst mee omgaan.
Het plannen van deze gesprekken vergt wel enige logistiek vanwege de CITO-planning. Met name geldt dit voor scholen die de CITO-uitslagen vermelden in hun rapport.

Het gesprek aan het einde van het jaar lijkt enigszins op het tweede gesprek qua uitvoering maar het doel van het gesprek is anders. Het gaat er ook om nu met elkaar terug te kijken. Hoe kijkt kind/ouder tegen het afgelopen jaar aan? Wat willen ze de leerkracht meegeven als feedback? Wat is van belang om door te geven aan de volgende leerkracht? Hoe kijkt de leerkracht terug op de samenwerking met kind/ouder?

Wat je ziet, is dat het drie verschillende gesprekken zijn waarin de rollen verschuiven. In het eerste gesprek zijn ouder/kind meer aan het woord, in het tweede gesprek de leerkracht en in het derde gesprek zou het in evenwicht moeten zijn.

Dit is een manier om af te komen van de 10-minuten monologen en in gesprek te gaan met ouders over de ontwikkeling van kinderen. De ouderbetrokkenheid wordt vergroot omdat we ouders om informatie vragen, omdat we hen om hun mening vragen en omdat we hen om feedback vragen.

Ouderbetrokkenheid